Daar zat ik dan
Op een plastic krukje in eigeel.
Wiebelend op de ongelijke ondergrond.
Formica tafels in zacht blauw en roze.
Allerlei sauzen erbovenop.
Van soja tot heet.
Witte glimmende tegels op de muur en op de grond.
Die spekglad worden met een plens water erover.
Van alles op de muur geplakt.
Voor mij niet te ontcijferen.
Het was rommelig, maar niet vies.
Althans, zo op het eerste oog.
TL verlichting tegen het plafond als sfeerverlichting.
Rumoer, gepraat, geschreeuw.
Sissende en knetterde olie.
En de heerlijkste geuren die laten watertanden.
Een zaakje in Hongkong.
Met een Michelin ster voor hun noodles.
Misschien wel de meest eenvoudige noodles ooit, maar zo lekker.
Flesje Coca Cola ernaast en dat was het.
Die eenvoud maakte het voor mij groots.
Omdat het goed smaakte, werd ik nieuwsgierig en proefde nog meer van de menukaart.
Een stukje echt Azië en China in het extreem westerse Hongkong.
In de metropool waar elke hipsterbar avocado toast met gepocheerd ei verkoopt.
Tuurlijk proefde ik die ook.
Maar heel eerlijk?
Hoe het smaakte?
En bij welke van de dertien uit een dozijn tentjes ik dit at?
Ik vertel het je niet na.
Persoonlijk voel ik me niet op mijn gemak in de hipster tenten. Ik ben niet zo snel onder de indruk van gemaakt en bedacht.
Voor de massa, omdat het hip is of het er toevallig mooi uitziet voor insta.
Het voelt vaak leeg.
Inwisselbaar.
Die link kan ik ook leggen met jou.
Wat voor soort bedrijf je ook hebt.
Creëer iets waarvoor klanten van heinde en verre naar je toe reizen.
Om het met eigen ogen te zien.
Doe iets wat jou, jou maakt.
Waar je knettergoed in bent.
En goed bij voelt.
Boven jezelf uitstijgt.
Iets wat een andere ondernemer niet doet.
Dat hoeft niet groots te zijn.
Het zit hem in de kleine dingen.
En juist daarvoor komen klanten terug, praten ze over je.
Niet omdat je zonodig iets doet, wat een ander ook doet.
En toevallig heel succesvol is.